bronnen en problemen
Routes

EyPé: Eysses – Périgueux

PK83C: Gallische mijlen opgegeven gemeten route
afstand afstand
Excisum Eysses (Villeneuve-sur-Lot) EyPé
a. Travectus St.-Germain-et-Mons xxi
Vesonna Périgueux xviii

RA265: Gallische mijlen opgegeven gemeten route
afstand afstand
Excisum Eysses (Villeneuve-sur-Lot) EyPé
a. Travectus St.-Germain-et-Mons xxi
Vesunna Périgueux xviii

KR40.2B opgegeven gemeten route
afstand afstand
Petiagroris (Periagoris) Périgueux EyPé
Excisum Eysses

Het lijkt alsof deze route op de Peutinger-kaart niet voorkomt, maar aan het getal XXI achter Excisum is te zien dat de weg van Eysses naar Limoges (Augustorito, op de kaart afgekort tot Ausrito) oorspronkelijk wel ingetekend was. De kopiist had rond Cahors echter zo zitten knoeien dat de eerstvolgende plaatsnaam (Travectus = St.-Germain-et-Mons) er niet meer tussen paste.

tekening 1

Ook meende hij dat de namen Diolindum en Bibona (beide Cahors, zie route EyCa) twee verschillende plaatsen aanduidden. Dat heeft ten onrechte geleid tot de opvatting dat Diolindum het 20 km ten oosten van Bergerac liggende Lalinde is.

tekening 2

Op de onderste van de twee schetsjes is te zien hoe dit deel van de kaart er oorspronkelijk ongeveer uitgezien moet hebben, en op de bovenste zoals het er nu uit ziet. Het mag zelfs wel voor zeker aangenomen worden dat van oorsprong na Travectus niet Augustorito volgde, maar Vesonna (zie PéLi), dat op de Peutinger-kaart nu veel verder naar links ligt (de plaats vóór Fines, maar op de tekening niet zichtbaar). Om een en ander correct weer te geven moet dan een groter kaartfragment opnieuw getekend worden (zie de correctie van de Peutinger-kaart in het onderdeel “Bronnen”*). Travectus en Vesonna staan dus niet op de hier bedoelde wijze op de Peutinger-kaart zoals wij die kennen.

Afgezien van de problemen op de Peutinger-kaart is er de vraag waar de plaats Travectus1 heeft gelegen. Dat ze aan de Dordogne lag is wel zeker en blijkt alleen al uit de opgegeven afstanden. In de Romeinse reisgidsen van Dr. W. Bruijnesteijn van Coppenraet wordt met enige stelligheid Bergerac aangewezen. De ‘Guide’ (Itinéraires romains en France) van G. Thiollier-Alexandrowicz leunt zwaar op de naam Maison Rouge ten noordoosten van Lalinde en wijst tengevolge daarvan de voorde bij Pontours, ruim 22 km ten oosten van Bergerac, als Travectus aan. In deze gids is echter gekozen voor St.-Germain-et-Mons, negen kilometer ten oosten van Bergerac op de zuidelijke oever van de rivier. Op de kaart van Cassini heet het dorp St.-Germain-de-Poutroumieu. ‘Poutroumieu’ mag met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid opgevat worden als ‘pont romain’. Er zijn in het dorp resten van de oude Romeinse weg gevonden2. Bij de interpreatie van de route in deze gids wordt dus een ander verloop van de route aangenomen dan in de andere reisgidsen.

Op de kaart van Cassini loopt de noord-zuid verbinding tussen de Dordogne en Périgueux niet over de huidige weg N21, maar vanaf Pombonne ten noordoosten van Bergerac over weg D107 naar Bruc aan de Vern en vandaar langs Coursac en Coulounieix-Chamiers naar Périgueux. Langs en ter weerszijden van die route zijn sporen uit de Gallo-Romeinse periode gevonden te Montagnac-la-Crempse, Beleymas, St.-Hilaire-d’Estissac, Bourrou, Jaure, Vallereuil, Grignols, Manzac-sur-Vern, St.-Paul-de-Serre, Chalagnac, Coursac en Coulounieix-Chamiers. Dat wil echter niet zeggen dat de route zoals die op de kaart van Cassini is te vinden in de oudheid ook al bestond.

Dat er tussen Bergerac en Montagnac-la-Crempse geen resten uit de Gallo-Romeinse periode worden vermeld is veelzeggend. De hier genoemde plaatsen werden niet vanaf weg D107 benaderd, maar vanaf de hoofdroutes Bordeaux-Périgueux (BoPé) en Eysses-Périgueux (EyPé), via de stroomdalen van de Crempse en de Vern. Hetzelfde geldt voor de plaatsen die Thiollier-Alexandrowicz langs zijn veronderstelde route noemt. St.-Laurent-des-Bâtons werd bereikt via het stroomdal van de Caudeau, Ste.-Foy-de-Longas via dat van de Louvre, en Lalinde en Pontours via de wegen langs de Dordogne. Omdat hij de Dordogne veel oostelijker oversteekt dan in de routebeschrijving in deze gids is gedaan, loopt zijn route tussen de Dordogne en Eysses (Villeneuve-sur-Lot) automatisch ook oostelijker. Weliswaar zijn bij Villeréal en Monflanquin sporen uit de oudheid gevonden, bij Monflanquin worden zelfs sporen van een Romeinse weg genoemd, maar dat wil niet zeggen dat die dorpen op de hoofdroute van Eysses naar Périgueux lagen. Zou men vanaf St.-Germain-et-Mons langs die plaatsen naar Eysses reizen, dan zou de weg ruim een mijl langer zijn. Ons inziens zijn zowel de oude naam van St.-Germain-et-Mons, als de opgegeven afstanden, als de sporen van een noord-zuid lopende Romeinse weg aldaar, voldoende redenen om aan te nemen dat het Travectus uit het reisboek van Antoninus hier gezocht moet worden. Het voorkomen van een Maison Rouge wijst misschien inderdaad op een door de Romeinen veel gebruikte route, maar dat hoeft niet beslist de hoofdroute tussen Périgueux en Villeneuve-sur-Lot geweest te zijn.

_________________________________________

  1. bij andere auteurs (b.v. G.Parthey en M.Pinder) wordt de plaats Traiectus genoemd.
  2. http://www.saint-germain-et-mons.com/sgem/culture.html