bronnen en problemen
vak B2

LiRo: Lillebonne – Rouen

IGN carte topographique TOP 100: 07 le Havre / Rouen

plaats van route LiRo

Gm km
Iuliobona Lillebonne
a. Loium Caudebec-en-Caux vi 15
Ratomago Rouen xiiii 35

Vanuit Lillebonne (Iuliobona) wordt weg D982 naar het oosten genomen. Het eerste dorp dat gepasseerd wordt is la Frénaye, waar resten van de oude weg zijn gevonden en een beeld van de Aziatische godin Cybele*. Na de kruising met weg D110 loopt de weg min of meer pal oostwaarts. Ten zuiden ervan zijn bij Triquerville talrijke fragmenten van Romeins aardewerk gevonden. Ook ten noorden van de weg, bij St.-Nicolas-de-la-Haie, zijn uit de Gallo-Romeinse periode een begraafplaats, vazen, kruiken, flessen van blank glas en munten aangetroffen. Verderop loopt de weg door St.-Arnoult, waar blijkbaar de oude weg ook aangetoond is. Dan volgt de eerste en enige halte op deze route: Caudebec-en-Caux (Loium). In de omgeving zijn twee Gallo-Romeinse oppida gevonden. Ten noorden van Caudebec-en-Caux zijn ook talrijke vondsten gedaan bij Maulévrier-Sainte-Gertrude (op de begraafplaats van Ste.-Gertrude en in het bos de sporen van een grote villa). De weg blijft D982 heten en loopt langs de Seine naar het zuidoosten en dan, iets ten noorden van Yainville, weer naar het noordoosten. Van het ten zuiden van Yainville gelegen Jumièges wordt gezegd, dat het in de Romeinse tijd een castrum was.

Weer aan de Seine gekomen loopt de weg door Duclair, waar rond de kerk veel munten en resten van Gallo-Romeinse gebouwen zijn gevonden. Vanaf hier moet er uit twee mogelijke routes gekozen worden. Misschien was het in de oudheid al mogelijk om over het tracé van de huidige weg D982 naar Rouen te blijven reizen, want de Romeinse aanwezigheid wordt genoemd bij St.-Martin-de-Boscherville en Canteleu (villa). Het is echter waarschijnlijker dat de route na Duclair over weg nummer D43 naar het oosten liep, door St.-Pierre-de-Varengeville (sporen van de antieke weg en talrijke andere vondsten). Ten zuidwesten van St.-Pierre-de-Varengeville staat op de toeristenkaart langs de Seine het bekende symbool met het afgebroken pilaartje bij het Camp du Catelier, maar volgens Quid.fr gaat het om een camp protohistorique. De weg loopt verder door een gehucht met de veelzeggende naam St.-Thomas-la-Chaussée. Ten noorden daarvan, bij Roumare, worden talrijke Gallo-Romeinse vondsten vermeld. Ten noordoosten van St.-Thomas-la-Chaussée heeft in de gemeente Pissy-Pôville een Romeinse villa gelegen (achter de pastorie van Pôville). Ten zuiden van St.-Thomas-la-Chaussée ligt niet ver van de Seine Hénouville, waarbij een versterkt Gallo-Romeins kamp wordt vermeld (in de Forêt Domaniale de Roumare). De route loopt verder over weg D43 door la Vaupalière, waarbij de oude weg van Lillebonne naar Rouen wordt vermeld. Hoe de route na la Vaupalière liep is door de bebouwing van Rouen niet meer te achterhalen. De route Lillebonne – Rouen wordt nog wel genoemd bij Mont-St.-Aignan, ten noorden van het stadscentrum. Het eindpunt zal in het huidige centrum van Rouen (Ratumagus) hebben gelegen.