bronnen en problemen
vak B4

EaAu: Eauze – Auch

IGN carte topographique TOP 100: 63 Tarbes / Auch

plaats van route EaAu

Gm km
Elusa Eauze
a. Besino (Vanesia) St.-Jean-Poutgexii 30
Eliberre Auch viii 20

Eauze (Elusa) wordt in zuidoostelijke richting verlaten over weg D626 (op de toeristenkaart staat het nummer wat verderop langs de weg). De vondsten langs de route zijn niet zeer talrijk, maar er is in ieder geval meer te beleven dan tussen Aire-sur-l’Adour en Eauze (zie DaEa). Want op dat laatste stuk van route DaEa is helemaal niets te vinden! Dit terzijde. Ten noordoosten van Eauze, bij Bretagne-d’Armagnac, zijn sporen van een Romeinse villa aangetroffen. Langs de weg zelf worden de eerste vestiges gallo-romains genoemd bij Ramouzens. Ook bij Dému, dat te zuiden van Ramouzens aan weg N124 ligt, worden dergelijke vestiges vermeld. En ook bij Lannepax, verderop langs de route. Jammer dat de vestiges maar zelden worden gespecificeerd. Het betekent in ieder geval wel dat het geen theaters, thermen en triomfbogen betreft, want daar kun je toeristen mee trekken. Ten oosten van Lannepax, bij Mourède aan de Osse gaat het om vestiges celtibériens et gallo-romains. Een deel van de pré-Romeinse bevolking van Spanje wordt door de geleerden Celtiberiërs genoemd, dus met de vestiges celtibériens wil men aangeven dat er dingen gevonden zijn die uit het toenmalige Spanje afkomstig waren. Helaas staat er niet bij waarin de voorwerpen aan deze zijde van de Alpen verschilden van die aan de andere zijde. Iets zuidelijker en aan de andere kant van de Osse zijn bij Marambat sporen van een Romeinse villa gevonden. Bij Roquebrune, ten zuiden van Vic-Fezensac, staat een Gallo-Romeinse pilaar vermeld.

Er zijn in deze buurt wel meer bovengrondse overblijfselen, die op de toeristenkaart als Tour Gallo-romaine worden aangeduid. Om deze overblijfsels “toren” te noemen is misschien wat overdreven. Wellicht zijn het flink uit de kluiten gewassen grafmonumenten of resten van tempels. Na Fic-Fezensac wordt weg N124 genomen. De route blijft tot bijna bij het eindpunt ongeveer deze weg volgen. Dat wil zeggen dat er regelmatig aan de zuidkant van de weg rechte stukken over een kleinere weg lopen, die waarschijnlijk het tracé uit de oudheid volgen. Al die slingeringen in de autoweg zijn aangelegd om het gemotoriseerd verkeer te vergemakkelijken. Wij volgen natuurlijk zo veel als mogelijk het oude verloop. De eerstvolgende plaats is St.-Jean-Poutge (Vanesia) aan de Baïse. Daar zijn in 2009 de sporen van de mutatio (wisselplaats) teruggevonden. Van de Peutinger-kaart leren we dat de plaats ook wel naar de rivier werd genoemd: Besino = plaats aan de Baïse. Na St.-Jean-Poutge verschijnen er aan weerszijden van de weg wat meer resten uit de Gallo-Romeinse periode. Bij Biran, ten zuidoosten van St.-Jean-Poutge, hoort een van de reeds genoemde “torens”. Op de toeristenkaart is te zien dat die dicht bij de Baïse staat. Quid.fr noemt het een pile funéraire, een grafzuil. Bij Biran zijn ook munten uit de 4e eeuw gevonden. Naar het oosten toe, bij Larroque, is ook zo’n zuil (Tour gallo-romaine). Verder in de buurt (volgens het fiche van Ordan-Larroque) veel vestiges en een villa (hypocaustum*, mozaïeken, thermen, veel voorwerpen). Naar het noordoosten toe, bij St.-Lary staat nog een zuil, dit keer van 11 meter hoog. Ten noordwesten van St.-Lary, bij Jegun, zijn ook sporen van Romeinse bewoning aangetroffen. Eén daarvan is een zuil die in een huis ingemetseld is. Ten noorden van Jegun bevinden zich de thermale bronnen van Castéra-Verduzan, die bij de Romeinen bekend zouden zijn geweest. Zo wordt het ongeveer geformuleerd. Bij de beschrijving van route DaEa is al even ingegaan op de betrouwbaarheid van zo’n mededeling. Overigens staat de Romeinse aanwezigheid bij Castéra-Verduzan buiten kijf.

De route loopt verder over weg N124. Daar waar N124 en D930 bij elkaar komen wordt de eerstgenoemde verlaten en gaat de reis verder over weg D924. Ten noordoosten van dit punt, in Castin, bevindt zich onder het portaal van de kerk nog een grafbeeld uit de Gallo-Romeinse periode. Nog wat noordoostelijker, bij Roquelaure, zijn sporen van een Gallo-Romeinse villa aangetroffen. De route kronkelt nu over weg D924 naar het centrum van Auch (Elimberrum).