IGN carte topographique TOP 100: | 31 St.-Dié / Mulhouse / Bâle |
38 Besançon / Lausanne |
Gm | km | ||
Vesontine | Besançon | ||
m. Nantes | Vennans | viii | 20 |
a. Loposagio | la Grange Ravay | v | 13 |
b. Vetatuduro | Clerval | v | 13 |
c. Epamantuduro | Mandeure | xiii | 33 |
d, Gramato | Badevel | v | 13 |
e. Larga | Largitzen | viiii | 23 |
f. Virincis | Sierentz | x | 25 |
Cambete | Kembs | ii | 5 |
Vanuit het centrum van Besançon (Vesontio) wordt de Doubs overgestoken en in noordoostelijke richting weg D486 gevolgd. Na drie kilometer volgt een kruising met weg N83 en wordt de reis daarover voortgezet. Ten noorden van de weg ligt Thise, waar de Romeinen muurwerk, aardewerk, bakstenen en dakpannen hebben achtergelaten. Verderop zijn bij Vaire-le-Petit, dat tussen de weg en de Doubs in ligt, Romeinse graven gevonden. Ten noordoosten van Vaire, nog voorbij Amagney, wordt bij Châtillon-Guyotte melding gemaakt van vestiges antiques assez importants. Het is maar de vraag in welke betekenis het woord ‘antique’ hier gebruikt wordt en wat er met ‘tamelijk belangrijk’ wordt bedoeld. In Quid.fr krioelt van dit soort vage aanduidingen. Het zou prettiger zijn als men gewoon vertelde wat er gevonden is. Dan loopt de weg door Roulans. Ten noordoosten daarvan ligt Vennans (Nantes), waar ‘antieke’ funderingen zijn gevonden. We nemen maar aan dat hier grondsporen uit de oudheid zijn bedoeld. Dan zou dit de door de Kosmograaf van Ravenna genoemde halte Nantes kunnen zijn. De Kosmograaf verhaspelde wel vaker plaatsnamen. Misschien is het beter om te zeggen dat hij dat wel eens niet deed. Het mag niet helemaal uitgesloten worden dat Nantes niet bij Vennans lag, maar bij Laissey, ten zuiden van Roulans aan de Doubs. Er zijn fibulae, munten en sporen van een villa gevonden. De weg nadert nu de autosnelweg A36-E60. Vlak daar tegen aan hebben de Romeinen bij Breconchaux ook sporen nagelaten.
Na Baume-les-Dames ligt de volgende halte op deze route: het gehucht la Grange Ravay (Loposagium). Dat hier de halte Loposagio heeft gelegen blijkt niet uit bodemvondsten, maar uit het feit dat het op een afstand van XIII mijl vanaf Besançon ligt en de kaart van Cassini er een Maison Rouge weergeeft (tekening). De route loopt nu verder langs Hyèvre-Paroisse, waar een brug over de Doubs is. Bij Hyèvre-Magny, dat aan de overkant ligt, wordt de Romeinse aanwezigheid vermeld. Er zijn wapens uit de Romeinse tijd gevonden. De route gaat verder over weg N83 en kruist de Doubs bij Clerval (Vetatuduro), waarbij een motte de Jules César wordt vermeld. Waarschijnlijk slaat dat op een tumulus uit de Romeinse tijd. Vanaf hier loopt de route voorlopig aan de zuidkant van de Doubs. Om een omweg via l’Isle-sur-le Doubs te vermijden wordt weg N83 kort na Rang verlaten en gaat de route naar Blussans en vandaar verder over weg D297 langs het Canal du Rhône au Rhin, dat er in de Romeinse tijd uiteraard nog niet was. Aan de overkant van het kanaal en van de ernaast stromende Doubs zijn Romeinse overblijfselen gevonden bij Blussangeaux en ten noordoosten van l’Isle-sur-le Doubs wordt bij Medière een Romeins kamp vermeld.
De route loopt verder langs het kanaal naar St.-Maurice-Colombier, waar sporen van de Romeinse weg zijn gevonden. Aan de overkant van het kanaal en de rivier heeft bij Longevelle-sur-Doubs een Romeinse villa gestaan. Bij Colombier-Fontaine heeft Wikipedia een heel verhaal over de Romeinse weg aldaar. In 1825 werden er bij het graven van het Canal du Rhône au Rhin vondsten uit de Romeinse tijd gedaan. Ten noorden van Colombier-Fontaine zijn bij Lougres Romeinse munten gevonden. De route loopt nu verder over weg D126 naar Voujeaucourt.
Aan de zuidoostkant van het dorp gaat de route over een kleine weg naar het zuiden, kruist twee maal de spoorlijn en komt aan de noordkant van Mathay uit op weg N437 (ten zuiden van Mathay heeft deze weg nummer D437). Bij Mathay hebben de Romeinen sporen van een hypocaustum*, van een kade, muren, munten, mantelspelden en aardewerk nagelaten. Munten zijn ook gevonden bij Bourguignon ten zuiden van Mathay. Daar heeft ook een Romeinse villa gestaan. De route loopt echter niet zuidwaarts door Mathay en Bourguignon, maar gaat vanaf het punt dat ze op weg N437 uitkwam daarover enige honderden meters naar het noorden en dan oostwaarts over de Doubs naar het centrum van Mandeure (Epamanduoduro). Uit de Romeinse tijd zijn daar de resten van een zeer groot theater overgebleven, aangegeven op de toeristenkaart. Daarnaast zijn er allerlei voorwerpen aan het licht gekomen, zoals aardewerk, beeldjes, mozaïeken en munten. De route loopt verder over weg N437, maar slaat bij de eerste gelegenheid naar het oosten af, gaat door het centrum van Seloncourt, vandaar in noordoostelijke richting naar Dasle, en van Dasle naar Beaucourt. In de regel plaats men de halte Gramato in de buurt van Beaucourt, maar aangenomen dat er in het Routeboek van Antoninus meerdere keren met een getal X geknoeid is, zou Gramato misschien ten noordoosten van Beaucourt bij Badevel aan de Feschotte gesitueerd kunnen worden, niet ver van de kerk en van de plaats waar weg D120 uitkomt op D463.
Bij Badevel (Gramato) worden geen vondsten uit de Romeinse tijd vermeld. Dat is wel het geval bij het iets oostelijker gelegen Fêche-l’Eglise. Vanaf Fêche-l’Eglise gaat de route over een wat kleinere weg naar Delle, waarbij in Quid.fr présence gallo-romaine wordt vermeld. Vanaf Delle gaat de reis over weg D43 naar Florimont (vestiges gallo-romains), van Florimont naar Courtlevant en vandaar over weg D21 naar Friesen (in de omgeving sporen van gebouwen en een ronde tempel) aan de Largue, dat volgens de gids van Thiollier-Alexandrowicz gelijkgesteld moet worden aan de halte Larga. In de regel echter (o.a. bij Bruijnesteijn van Coppenraet) wordt Larga neergezet bij het ten oosten van Friesen gelegen Largitzen (Larga) aan het beekje met de naam Largitzen.
Quid.fr laat de strijd onbeslist en plaatst Larga “entre Friesen et Largitzen, au croisement de deux voies romaines”. Beide plaatsjes lijken in Quid.fr aanspraak te maken op dezelfde resten uit de oudheid. Er zijn trouwens bij het ten zuiden van Friesen gelegen Ueberstrass ook sporen van een Romeinse weg gevonden. De naam “Ueberstrass” wijst daar al op. Omdat Larga meer op ‘Largitzen’ lijkt dan op ‘Friesen’ is de halte in deze gids bij het eerstgenoemde plaatsje neergezet. Ook bij Seppois-le-Haut, dat ten zuidwesten van Largitzen aan de Largue ligt, zijn Romeinse voorwerpen gevonden. De route loopt vanuit Largitzen in noordoostelijke richting over weg D17 via Hirtzbach (vondsten van voorwerpen uit de Romeinse tijd, sporen van de weg) naar Altkirch (vondsten).Dat er in deze streek meerdere Romeinse wegen waren is op de toeristenkaart te zien ten zuidoosten van Altkirch en ten oosten van Hirsingue (Romeinse nederzetting) en Bettendorf (Romeinse wegen), waar bij Willer een Ancienne Voie Romaine is aangegeven die in de richting van Knoeringue naar het zuidoosten loopt. Bij Willer staat op de kaart ook een Camp Romain.
De onderhavige route echter gaat vanaf Altkirch naar het oosten langs Wittersdorf en Emlingen en vanaf Tagsdorf over weg D19b, door Wahlbach naar Koetzingue (Romeinse schat), waar in de omgeving sporen van landbouwbedrijven uit de Romeinse tijd zijn gevonden. Het ten westen van Koetzingue gelegen Rantzwiller wordt in Quid.fr een station romaine genoemd. Ten zuiden van Rantzwiller zijn overblijfselen uit de Romeinse tijd gevonden bij Zaessingue (graf, sporen van een Romeinse weg) en ten zuiden van Zaessinge bij Franken en Jettingen. Ten noordwesten en noorden van Rantzwiller hebben de Romeinen sporen nagelaten bij Steinbrunn-le-Haut (villa) Steinbrunn-le-Bas (villa) en Landser. Na Koetzingue gaat de route verder naar Waltenheim (sporen van de weg). Ten noorden van Waltenheim worden tumuli gemeld bij Geispitzen en Schlierbach. Dan gaat de reis verder over weg D19b langs Uffheim (présence romaine) naar Sierentz (Virincis) dat een belangrijke Romeinse vicus wordt genoemd die misschien ook een fortificatie had. Vanaf hier gaat weg D19b in noordoostelijke richting naar Kembs (Cambete).