bronnen en problemen
Routes

ToBo: Tours – Bourges

PK56: Gallische mijlen opgegeven gemeten route
afstand afstand
Casaroduno Tours ToBo
a. Tasciaca Thésé xx
b. Gabris Gièvres xxiiii xii
Avaricum Bourges xxiiii xxvii

Van de afstanden lijkt helemaal niets te kloppen. Dat betekent dat ze gewoon heel erg fout zijn of dat de interpretatie van de route niet deugt. Hier is aangenomen dat de afstanden onjuist zijn en dat de route aan de noordzijde (rechter oever) van de Cher liep. Helemaal voor de hand liggend is dat echter niet. Allerlei sporen wijzen er op dat zich ook op de zuidelijke oever een weg bevond. Op de toeristenkaart is bijvoorbeeld bij Larçay, nog vrij dicht bij Tours, een Castellum Romain aangegeven. Op de kaart van Cassini ligt ten noordoosten van Athée-sur-Cher, tussen Gâtinelle en Vallet, een Maison Rouge. Niet veel verder naar het oosten, tussen het kasteel van Fontenay en Bléré vermeldt Cassini de naam la Borne. Wel veel verder naar het oosten ligt de plaats Chabris, die toch veel aan het “Gabris” van de Peutinger-kaart doet denken.

Vijftien kilometer na Chabris, tussen St.-Loup en Maray, komen op de kaart van Cassini de namen la Rue en la Rue-d’Auron voor. En ten zuidoosten van Vierzon heeft Cassini aan de zuidwestkant van Quincy weer een Maison Rouge. In Quid.fr zijn er aan de zuidzijde van de Cher zelfs meer vermeldingen van iets Romeins dan aan de noordzijde. Behalve het reeds genoemde castellum bij Larçay zijn er (van west naar oost) ook sporen uit de Romeinse tijd aangetroffen bij Véretz (resten van een aquaduct), Azay-sur-Cher (resten van een aquaduct), Athée-sur-Cher (resten van een aquaduct), Fontenay bij Bléré (resten van een aquaduct), Francueil (sporen van kalkovens), St.-Georges-du-Cher (sporen van de weg, munten), St.-Julien-de-Chédon (grafveld), Angé (pottenbakkersatelier), Pouillé (pottenbakkersovens, villa, aardewerk, munten), Couffy (resten van de weg, munten), Lye (resten van een aquaduct), Meusnes, Chabris en Quincy (woning, graf). Eventueel is de route zelfs beter in overeenstemming te brengen met de afstanden dan de noordelijke route:

opgegeven gemeten
Casaroduno Tours
Tasciaca Athée viii
Gabris Chabris xxiiii
Avaricvm Bourges xxiiii xxvii

Weliswaar ligt de gelijkstelling Athée - Tasciaca niet onmiddellijk voor de hand, maar de naam Athée kan wel wijzen op een mutatio1, en die kan de naam Tasciaca gehad hebben. De naam “Maison Rouge” komt langs de noordelijke route niet voor. Keuze voor de zuidelijke route lijkt logisch.

Echter, tussen Bourges en Vierzon loopt langs de noordzijde van de Cher een Ancienne Voie Romaine waarvan de functie dan niet duidelijk is. Staken de Romeinen energie in een route die niet van belang was? Wie van mening is dat de gelijkstelling Gabris - Chabris eigenlijk bewijst dat de zuidelijke route de juiste is, moet bedenken dat het Italiaanse capra (geit) in het Frans chèvre is geworden, en dat het dus heel goed mogelijk is dat Gabris niet veranderd is in Chabris, maar in het ten noorden ervan gelegen Gièvres.

Men gaat er daarom wel van uit dat Chabris niet is ontstaan uit Gabris, maar uit Carobriva: brug over de Cher. In tegenstelling tot Chabris is er bij Gièvres veel Romeins gevonden. Dat is ook het geval bij Thésée, waar zich zelfs nog zichtbare Romeinse resten bevinden (zie toeristenkaart) en dat op grond daarvan gemakkelijker voor Tasciaca kan worden aangezien dan Anthée.

Dat de route niet alleen voor de schrijver van deze gids een raadsel is blijkt wel uit een artikel (internet) van Georges Gaume: l’Énigme de la voie Tours - Bourges. Gaume komt daarin tot de conclusie dat het hier om een vaarroute over de Cher gaat. Dat mag natuurlijk niet uitgesloten worden, maar deze oplossing doet toch wel een beetje denken aan het ontwijken van een keuze. Ook met behulp van Thomas Platter is dit ‘enigma’ niet op te lossen. Op 11 juli 15992 reist Thomas van Blois naar het zuiden en komt aan de Cher bij Villefranche-sur-Cher. Vanaf hier volgt hij echter geen van de oevers, maar steekt de rivier over en reist over Genouilly en Nohant-en-Graçay naar het Château du Coudray, dat hij onder valse voorwendsels - hij liegt over zijn bezoek aan het nabije dorp, waar de pest heerst - betreedt. Op 13 juli reist hij vandaar over Cermelles en l’Ormeteau naar Reuilly. De 14e gaat de reis dan verder naar Preuilly aan de Cher en vandaar over Marmagne (aan de Yèvre) naar Bourges. Platter reist dus niet over wegen die op een moderne kaart voor de hand liggen. Op de kaart van Cassini staan ook geen wegen langs de Cher, behalve dan aan de noordzijde ervan tussen Villefranche-sur-Cher en Vierzon.

In de beschrijving in deze gids is aangenomen dat de traditionele gelijkstellingen Tasciaca - Thésee en Gabris - Gièvres correct zijn, dat de gezochte route aan de noordkant van de Cher gelopen heeft, en dat er in de opgegeven afstanden onverklaarbare fouten zijn geslopen.

_________________________________________

  1. Lucien Fanaud: Voies romaines et vieux chemins en Bourbonnais, Moulins 1966, p.35.
  2. Beschreibung der Reisen durch Frankreich, Spanien, England und die Niederlande 1595-1600, Basel/Stuttgart 1968, p. 515 t/m 519.