PaMo: Parijs – Montereau-Fault-Yonne

IGN carte topographique TOP 100:

21 Paris / Montargis

		Gm	km
Luteci	Parijs
a. Meteglo	Melun	xvii	43
Condate	Montereau-Fault-Yonne	xii	30

Vanaf de omgeving van het Panthéon (Lutetia) loopt de route over weg N305 in zuidoostelijke richting. Ten westen van de weg zijn sporen uit de Romeinse tijd gevonden bij Arcueil (sporen van het aquaduct), Villejuif (grondsporen), l’Hay-les-Roses (villa’s, aquaduct) ten zuiden van Villejuif, Chevilly-Larue (nederzetting) en Rungis (resten van een aquaduct) ten zuiden van l’Hay-les-Roses. Ten oostzuidoosten van Chevilly-Larue is in 1957 een Romeinse muntschat gevonden bij Thiais. De route steekt nu de Seine over in de richting van Choisy-le-Roi en loopt dan zuidoostwaarts richting Villeneuve-St.-Georges. Ten oosten van de weg bevindt zich het rangeerterrein (triage) van Villeneuve-St.-Georges. Daarachter zijn sporen uit de Romeinse tijd gevonden bij Valenton (aardewerk) en Limeil-Brévannes (Romeinse weg, aardewerk, munten). Na het rangeerterrein loopt de route even zuidwaarts langs Villeneuve-St.-Georges (munten, voorwerpen) en Crosne (Romeinse weg, munten) naar Montgeron. Ten westen daarvan, bij Vigneux-sur-Seine, zijn sporen van Gallische en Romeinse bewoning aangetroffen. De route loopt nu weer in zuidoostelijke richting, komt bij Brunoy (aardewerk) op weg N6 en loopt daarna verder naar Lieusaint. Ten zuidwesten daarvan zijn sporen uit de Romeinse tijd gevonden bij St.-Pierre-du-Perray (begraafplaats, aardewerk). Ten zuidoosten van Lieusaint hebben de Romeinen sporen nagelaten bij Réau. De route gaat nu verder naar het centrum van Melun (Meteglum). Quid.fr noemt er resten van een castrum, thermen, arena en een villa.

Bewoningssporen uit de Romeinse tijd zijn gevonden bij le Mée-sur-Seine, ten westen van Melun, bij Maincy ten oosten ervan (mozaïeken, munten aardewerk, dakpannen) en ten zuiden ervan bij Vaux-le-Pénil, waar in 1080 nog een tempel van Jupiter werd vermeld. Na Melun gaat de route in zuidoostelijke richting verder over weg N105, door le Châtelet-en-Brie en Valence-en-Brie. Sporen hebben de Romeinen langs die weg echter niet nagelaten. Daarvoor moet men dichter bij de Seine zijn, bijvoorbeeld ten zuiden van le Châtelet-en-Brie bij Féricy (sporen van een pottenbakkersatelier uit de 2^e en 3^e eeuw en van woningen) en nog dichter bij de Seine, ten zuidwesten van Féricy, bij Héricy (munten, graven) en Samoreau. Ten zuiden van Valence-en-Brie en ook nabij de Seine zijn sporen uit de Romeinse tijd gevonden bij la Grande-Paroisse (o.a. een begraafplaats). De route bereikt nu de plaats waar de Yonne in de Seine valt. Daar wordt de brug overgestoken naar Montereau-Fault-Yonne (Condate).