bronnen en problemen
vak C3 / D3

GeMâ: Genève – Mâcon

IGN carte topographique TOP 100: 44 Lyon / Genève

plaats van route GeMa

Gm km
Genua Genève
m. Obelonon Bellegarde-sur-Valserinne xiii 33
n. Dibialimon Nurieux(-Volognat) xiii 33
o. Bidana Bourg-en-Bresse xiii 33
Matiscum Mâcon xiii 33

Vanuit het centrum van Genève (Genava) wordt weg N°4 / N4 naar het zuidwesten opgezocht. Daarlangs, tegenwoordig nog in de bebouwing van de stad, ligt Onex, waarvan continuïteit in de bewoning vanaf de Romeinen wordt vermoed. Dan volgen Confignon en Bernex, met graven en aardewerk die op het einde van de derde eeuw worden gedateerd. De weg loopt verder naar Avuzy, waar hij naar het noorden toe een boog maakt. Die is op de kaart van Cassini niet te zien, zodat hier aangenomen is dat de oorspronkelijke route hier rechtdoor ging naar Chancy. Daar werd de Rhône overgestoken. In de tijd dat de Cassini-kaart werd gemaakt ging dat waarschijnlijk met een veer, want op de kaart staat daar de naam “Port au Bac”. Hoe dat in de oudheid ging is onbekend. Na het oversteken van de rivier gaat de route verder over een pad dat langs een beekje met de naam Annaz loopt. Ten zuiden van het pad ligt Pougny, waar Caesar in 58 v.Chr. de Helvetii verdreven zou hebben. Even verder loopt de route over weg D984b naar Collonges. Vandaar gaat ze in zuidelijke richting over weg D984 (nummer ontbreekt op de toeristenkaart) en loopt langs Fort l’Écluse, waar ze zich samen met de Rhône door het Défilé de l’Écluse wringt. Vervolgens gaat ze verder over weg N206 naar Bellegarde-sur-Valserinne (Obelonon), waar in ieder geval een belangrijke villa stond.

De weg krijgt nu het nummer N84 en loopt vanuit Bellegarde-sur-Valserinne naar het noordwesten en na Châtillon-en-Michaille langs de Semine, die op de toeristenkaart bijna niet te zien is vanwege de dikke grenslijn van het Parc Naturel Régional du Haut-Jura die er overheen geschilderd is. Na St.-Germain-de-Joux, waar de weg z’n noordelijkste punt bereikt, loopt hij al kronkelend weer in zuidwestelijke richting, langs het Lac de Sylans en het Lac de Nantua en komt nu in het dal van de Oignin, waar weer wat Romeins te beleven is. De weg krijgt nu nummer D979 en kruist de vierbaansweg A404. Langs de A404 en even ten noorden van de route ligt Montréal-la-Cluse, waarbij sporen van Romeinse villa’s worden vermeld. In Quid.fr wordt net na de kruising met de vierbaansweg aan de zuidkant bij Brion présence romaine genoemd. Ten noorden van Brion voert weg D18 naar Izernore, waar sporen van villa’s en thermen zijn gevonden, en veel huisraad. Iets ten noorden van Izernore geeft de toeristenkaart met behulp van een afgebroken pilaartje de resten van een tempel aan. De route zelf loopt over weg D979 naar Nurieux (Dibialimon). Quid.fr vermeldt bij Nurieux-Volognat een Romeins altaar. Bij Peyriat, ten zuiden van Nurieux en Volognat, worden nog overblijfselen van Romeinse ruïnes vermeld, en een Romeinse weg ten westen van het dorp. Welke weg daarmee bedoeld wordt is niet duidelijk. Misschien wel weg D979, die nu heftig slingerend een eind naar het zuidwesten loopt en dan de Ain kruist, waarnaar het département waar deze route doorheen loopt genoemd is.

Dan slingert de weg zich weer over een bergrug en komt in het dal van de Suran. Ten noorden van de route en aan het riviertje ligt Villereversure, waar Gallo-Romeins aardewerk aan het licht is gekomen. Ten noordwesten van Villereversure, bij Ramasse, is een Gallo-Romeinse sarkofaag gevonden. De route gaat verder naar Ceyzériat waarvan gezegd wordt dat er vestiges gallo-romains zijn aangetroffen. Vandaar gaat de reis verder naar Bourg-en-Bresse (Bidana), waar ook sarkofagen worden vermeld; in dit geval met inscripties. Na Bourg-en-Bresse loopt de route eerst ruim drie kilometer over weg N79 (nummer niet op de toeristenkaart) naar het noordwesten, splitst zich dan in weg nummer D975 die in de oorspronkelijke noordwestelijke richting blijft lopen, en N79 zelf, waarvan het verloop nu meer westelijk wordt. Over een afstand van achttien kilometer valt er niets Romeins te vermelden, tot aan St.-Cyr-sur-Menthon, dat een Gallo-Romeinse woonplaats (habitat) wordt genoemd. Verder naar het westen, maar ter hoogte van St.-Cyr-sur-Menthon, worden nog de overblijfselen van een villa vermeldt bij Crottet. De weg passeert ten noorden van het plaatsje, steekt de Saône over, en eindigt in het centrum van Mâcon (Matisco).