IGN carte topographique TOP 100: | 66 Avignon / Montpellier |
67 Marseille / Carpentras |
Rm | km | ||
Arelato | Arles | ||
a. Fossis Marianis | Fos-sur-Mer | xxvii | 40 |
m. Colonia Maritima | Martigues | vii | 10 |
n. Ad Vicesimum | la Mède | iiii | 6 |
b. Solarium Calcaria | les Pennes Mirabeau | x | 15 |
c. Masilia Grecorum | Marseille | x | 15 |
Aquis Sestis | Aix-en-Provence | xviiii | 28 |
Vanuit het centrum van Arles (Arelato) wordt in zuidoostelijke weg N453 gevolgd. Na ruim 10 kilometer slaat de route af naar het zuiden. Eerst even over weg N573 en dan zuidoostwaarts over weg N568 naar Fos-sur-Mer (Fossis Marianis), waar de resten van het Romeinse verleden in zee liggen: amforen, graven, potten, vazen, lampen. Ten noordoosten van Fos hebben de Romeinen sporen nagelaten bij Istres. Op de toeristenkaart staat daar het Oppidum du Castellan aangegeven. Na Fos-sur-Mer loopt de route via Port-de-Bouc (vondsten uit de Romeinse periode) naar Martigues (Colonia Maritima), dat een belangrijk Gallo-Romeins bas-reliëf heeft aan de kapel van Saint-Julien. In Martigues wordt de verbinding tussen de zee en het Étang de Berre overgestoken en loopt de route ongeveer 6 kilometer oostwaarts langs het meer naar la Mède. Aan het einde van het plaatsje heeft vermoedelijk een steen gestaan die 20 mijl naar Marseille aangaf (Ad Vicesimum). De route loopt verder naar het oosten over weg N568. Bij de wegkruising van Bricard (ten zuiden van Marignane) wordt weg N568 verlaten en gaat de reis verder over weg N368, langs Gignac-la-Nerthe naar les Pennes-Mirabeau (Calcaria), waarvoor Gallo-Romeinse bewoning is aangetoond. Bekend, maar niet aangegeven op de toeristenkaart is het Oppidum de la Cloche. Vanaf les Pennes-Mirabeau draait de route naar het zuiden en loopt over de wegen N113 en N8 naar het centrum van Marseille (Masilia).
Marseille werd ca. 600 v.Chr. gesticht door Ioniërs uit de Griekse stad Phocaea. Het werd de moederstad van veel kolonies langs de huidige Franse en Spaanse kust. Eén van haar inwoners, Pitheas van Massalia, ondernam in de vierde eeuw v.Chr. een reis naar het noordelijke deel van de Atlantische Oceaan en schreef bij zijn terugkeer daarover een verslag met de titel “Over de Oceaan”, dat helaas verloren is gegaan, maar dat door diverse geschiedschrijvers uit de oudheid wordt genoemd.
De stad werd, omdat ze op de hand van diens rivaal Pompeius was, in 49 v.Chr. ingenomen door Caesar, die haar veel van haar rechten en bezittingen afnam, zodat ze later werd overvleugeld door Arles en vooral door Lyon. Bekend zijn een Romeinse haven en dokken uit de 1e eeuw v.Chr., stadion, forum, vuilnisbelt, pottenbakkersoven en een site van 9600 m2 met talloze vondsten uit diverse perioden.
Na Marseille bestond er blijkbaar geen comfortabele weg verder oostwaarts, want de Romeinse routebeschrijvingen sturen de reiziger tot aan het knooppunt bij St.-Antoine over de zelfde weg terug naar het noorden. Vandaar wordt noordoostwaarts weg N8 richting Aix-en-Provence genomen. Bij Septèmes-les-Vallons bevinden zich de resten van een aquaduct en verderop ligt links van de weg Cabriès, met veel vondsten uit de Gallo-Romeinse periode. Meer naar het oosten, bij Simiane-Collongue, is ook veel Romeins gevonden, waaronder de sporen van een villa en een grafveld. Noordelijker en dichter bij de weg ligt Bouc-Bel-Air waarvan onder andere ook de sporen van een villa worden vermeldt. Ook bij Gardanne, ten oosten van Bouc-Bel-Air, hebben de Romeinen sporen nagelaten. Nadat de weg twee maal de spoorlijn heeft gekruist voert hij naar het centrum van Aix-en-Provence (Aquis Sextis).